Kwaliteit
Kwaliteit
De kwaliteit van onze school wordt bepaald door verschillende aspecten. Al deze aspecten zijn even belangrijk en vormen samen onze kwaliteitszorg. Door op een onderdeel te klikken vind je meer informatie over waar we staan, wat onze ambities zijn en hoe we daar willen komen. Onze plannen en ambities komen ook terug in het school- en/of jaarplan. Deze vind je onze Onze school.
CEO
Om de tevredenheid van ouders, leerlingen, medewerkers (bv. leraren, onderwijsassistenten) en onze specialisten (bv. logopedisten, orthopedagogen) in kaart te brengen, wordt elke twee jaar het cliëntervaringsonderzoek (CEO) afgenomen. Alle medewerkers, specialisten, ouders en leerlingen ontvangen een digitale vragenlijst met vragen. De vragen gaan onder andere over: onderwijs, begeleiding, ontwikkelingsperspectief, communicatie, ouderbetrokkenheid en procedures. De antwoordschaal bestaat uit oneens (1), meer oneens dan eens (2), meer eens dan oneens (3) en eens (4). Hieronder zijn de resultaten van het CEO van 2021 te zien. De resultaten op het gebied van (sociale) veiligheid worden apart weergegeven onder ‘Veiligheid’.
Na afloop van het onderzoek organiseren wij een stakeholderreview. Dit is een gesprek waarbij de teamleider, medewerkers, specialisten en ouders de resultaten bespreken. Aan de hand van dit gesprek wordt bepaald waar de school staat, waar we willen staan en hoe we daar komen.
De school is trots op de behaalde resultaten en rapportcijfers. We zien dat voor alle groepen een groei is van het rapportcijfer. Expliciet zien we dat het rapportcijfer voor leerlingen de hoogste groei kent. Daarnaast zijn we trots op de begeleiding van de leerlingen. Door het thematisch en projectmatig werken en geïntegreerd werken door logopedisten en leer krachten m.b.t. de communicatieve redzaamheid sluiten we nog beter aan op de onderwijsbehoeften en de belevingswereld van leerlingen. Er is een sterk pedagogisch- didactisch klimaat binnen de school, waardoor de leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen. Tot slot zijn we trots op onze samenwerking met ouders, zij worden goed geïnformeerd d.m.v. onze communicatiekanalen, waaronder Social schools. Er is een hoge frequentie waarop ouders worden geïnformeerd over de lesactiviteiten. Ouders geven aan dat zij een open cultuur ervaren om medewerkers te spreken. De school ziet ouders als een volwaardige partner in de ontwikkeling van het kind.
De school heeft ook gekeken naar wat er beter kan, hier komen de volgende punten uit:
- Doelgerichter werken vanuit de leerlijnen/ leerroutes die zijn opgesteld. De vertaling naar de praktijk/ de klas kan nog beter afgestemd worden op het ontwikkelingsperspectief, zodat de lesstof nog beter aansluit bij het niveau van de leerling.
- Het ontwikkelingsperspectief kan leesbaarder en begrijpelijker worden gemaakt voor ouders/ verzorgers. De concrete koppeling naar het handelen binnen de communicatieve redzaamheid krijgt steeds beter vorm door de plannen die worden geschreven en geëvalueerd.
- Er kan meer gedeeld worden over ontwikkelingen binnen Auris en de school. Communicatie over ontwikkelingen vanuit het jaarplan kan meer gedeeld worden.
- Procedures rondom arrangement, jaarlijkse evaluatie kan beter.
- De processen kunnen beter en duidelijker omschreven worden op het gebied van uitstroom. De informatie hierover schiet met name op het uitstroomproces tekort.
- Een leerlingenraad zou binnen burgerschapsonderwijs een zichtbare plek moeten innemen.
- Monitoring rondom het welbevinden en betrokkenheid van de leerling krijgt meer aandacht tijdens de groepsbespreking. Hiervoor zetten we vooralsnog in op onze Kanjer vragenlijsten.
- De ouderbetrokkenheid nog verder verbreden en te verdiepen. Thema’s/ onderwerpen bedenken waardoor betrokkenheid wordt gestimuleerd zeker in combinatie met informatie rondom TOS.
- Leerlingen intensiever begeleiden tijdens het buiten spelen en een breder spelaanbod bieden.
De volgende actiepunten zijn voor het komende jaar geformuleerd:
- Implementatie leerlijnen digitale geletterdheid en afspraken hierover.
- Jaarlijks staan we stil betreft de sociale veiligheid. Afspraken/ regels over omgang binnen en buiten het gebouw krijgt een structurele plek binnen de jaarplanning.
- Burgerschapsonderwijs explicieter vormgeven binnen de school en de vakgebieden.
- Doelgerichter werken en de vertaling vanuit leerroutekaarten om nog beter het onderwijs af te stemmen en op de ontwikkeling van de leerling.
- Communicatie vanuit school meer afstemmen en frequentie beter harmoniseren betreft informatie vanuit de groep.
- Leerlingen nog meer begeleiden/ stimuleren in spel.
Veiligheidsmonitor
Wij willen graag dat iedereen zich veilig voelt op school. Daarom wordt jaarlijks de veiligheidsmonitor afgenomen. Dit is een vragenlijst waarmee het gevoel van veiligheid op de school in kaart wordt gebracht. Om het jaar wordt deze vragenlijst tegelijk afgenomen met het CEO, dan vullen ook ouders, medewerkers en specialisten de vragen in. Het andere jaar is de veiligheidsmonitor een losse vragenlijst enkel voor leerlingen.
Om rekening te houden met de mogelijkheden van al onze leerlingen zijn vier versies van de vragenlijst voor leerlingen beschikbaar:
- een versie met de vragen en tekst;
- een voorgelezen versie met tekst;
- een versie met op elke pagina één vraag ondersteund door NmG;
- een versie met op elke pagina één vraag met NGT.
De antwoordschaal bestaat uit oneens (1), meer oneens dan eens (2), meer eens dan oneens (3) en eens (4). De stellingen in de rubriek Sociale veiligheid 2 zijn negatief geformuleerd en hebben een omgekeerde antwoordschaal: nooit (1), soms (2), vaak (3) en altijd (4). Een lagere score op deze schaal geeft dus aan dat de leerlingen een hogere sociale veiligheid ervaren. Hieronder zijn de resultaten weergegeven voor de leerlingen, aangezien zij ieder jaar bevraagd worden.
* Let op, hier geldt een andere antwoordschaal
De leerlingen van de Prof. van Gilseschool voelen zich veilig en gehoord. Wij werken aan het bevorderen van onderling vertrouwen in de groepen. Vertrouwen is de basis voor het creëren van rust in de klas, het stimuleren van sociale veiligheid en een prettig schoolklimaat. Alle medewerkers krijgen scholing vanuit de kanjertraining en in de school willen we het werken met de uitgangspunten van de Kanjertraining zichtbaarder maken.
Sinds 2020 wordt de sociale veiligheid ook gemeten bij jonge leerlingen (groep 1 tot en met 4). Bij deze groep leerlingen gaat een onderwijsassistent individueel in gesprek met de leerlingen om zo samen een aangepaste versie van de vragenlijst in te vullen. Bij alle stellingen is gebruik gemaakt van een tweepuntsantwoordschaal, met een minimale score van 1 en een maximale score van 2. Een hoge waardering op de stellingen betekent een hoge mate van sociale veiligheid en welbevinden onder de leerlingen.
De resultaten laten zien dat jonge leerlingen zich in hoge mate veilig voelen op school.
Uitstroom en bestendiging
Wij houden bij naar welk niveau onze leerlingen uitstromen. Ook houden we bij of leerlingen uitstromen volgens de verwachte uitstroombestemming in het ontwikkelingsperspectief en of leerlingen twee jaar na het uitstromen nog steeds op dezelfde bestemming zitten (bestendiging). Deze gegevens worden jaarlijks door de Onderwijsinspectie uitgevraagd over het afgelopen schooljaar.
Jaarlijks stromen leerlingen uit ons onderwijs met name uit naar het regulier onderwijs, het speciaal onderwijs of het (speciaal) voortgezet onderwijs. Wanneer een leerling vóór het einde van groep 8 uitstroomt, spreken we van tussentijdse uitstroom. Het streven is om zo veel mogelijk leerlingen, wanneer zij daaraantoe zijn, tussentijds uit te laten stromen naar het regulier onderwijs (regulier basisonderwijs en speciaal basisonderwijs) in het kader van passend onderwijs. In sommige gevallen stroomt een leerling tussentijds uit naar een andere school voor speciaal onderwijs. Een leerling kan bijvoorbeeld vanwege een verhuizing naar een andere school moeten, of er wordt geconstateerd dat de leerling beter op zijn plek is op een school voor leerlingen met ernstige gedragsstoornissen en/of psychiatrische problematiek.
Uitstroombestemmingen
In schooljaar 2022-2023 zijn in totaal 53 leerlingen uitgestroomd. Hiervan zijn 43 leerlingen tussentijds uitgestroomd. Van deze leerlingen is 100% uitgestroomd naar het regulier onderwijs (regulier basisonderwijs en speciaal basisonderwijs). Onze ambitie is dat 75% van de leerlingen die tussentijds uitstromen, uitstromen naar het regulier onderwijs. Deze ambitie is, net als afgelopen jaren, ruim behaald.
Naast de tussentijdse uitstroom, wordt ook de einduitstroom in kaart gebracht. In 2022-2023 zijn 10 leerlingen uitgestroomd vanuit groep 8. Twee van deze leerlingen zijn naar het buitenland gegaan, de rest van de leerlingen stroomde uit naar vmbo bbl + kbl of hoger (80%). We streven er naar dat minstens 70% van de eindschoolverlaters verder gaan op vmbo niveau of hoger. Dat is dit jaar behaald en een groter percentage dan vorig jaar. Of dit streven gehaald kan worden, is uiteraard ook afhankelijk van de leerlingen die uitstromen en de uiteindelijke keuze die ouders maken. De ervaring leert dat leerlingen met een hoger uitstroomperspectief al op jongere leeftijd onze school verlaten naar regulier onderwijs.
Uitstroombestemming volgens OPP
Wij houden bij of de uitstroombestemming overeenkomt met de verwachting in het ontwikkelingsperspectief. Sinds dit jaar wordt dit niet meer vergeleken met het ontwikkelingsperspectief van twee jaar geleden maar met het meest recente ontwikkelingsperspectief. In schooljaar 2022-2023 is 100% van de (einduitstroom-)leerlingen uitgestroomd volgens het niveau uit het ontwikkelingsperspectief. De ambitie is dat minstens 90% van de leerlingen uitstroomt volgens het perspectief. Dat is dit jaar mooi behaald en de percentage is duidelijk hoger dan vorig jaar. Daarbij speelt het feit dat nu met het meest recente uitstroomperspectief vergeleken wordt ook een rol.
Bestendiging
Tot slot hebben we in kaart gebracht of de leerlingen die in schooljaar 2021-2022 zijn uitgestroomd, op 1 oktober 2023 nog steeds op dezelfde bestemming zitten als waarnaar zij zijn uitgestroomd. Van 90% van de leerlingen (55) weten we dat zij bestendigd zijn, en van 3.5% (twee leerlingen) dat zij niet bestendig zijn. Het lukt niet altijd om deze gegevens goed in kaart te brengen door onder andere de AVG (Algemene Verordening Persoonsgegevens). Dit maakt dat bij deze meting van 6.5% (4 leerlingen) van de leerlingen onbekend is of zij bestendigd zijn. Wij streven naar een bestendiging van 90%, dit streven is dit jaar net zoals vorige jaren behaald.
Kindbegrip
De sociale- emotionele ontwikkeling willen wij goed kunnen volgen en interpreteren m.b.v. kindbegrip. Het doel is om het aanbod en specifieke interventies vanuit de Kanjertraining en Kindbegrip te gebruiken.
Inspectie
De onderwijsinspectie doet eens in de vier jaar een uitgebreid onderzoek bij het bestuur en de scholen van Auris. Hiermee onderzoeken ze of alle leerlingen onderwijs krijgen van voldoende kwaliteit. En of scholen voldoen aan de wet- en regelgeving en of ze hun financiën op orde hebben. De onderwijsbesturen zijn hiervoor verantwoordelijk en daarom doet de inspectie een uitgebreid onderzoek bij ieder bestuur.
In 2019 is de Stichting Onderwijs Koninklijke Auris Groep voor het laatst beoordeeld. De kwaliteit van het onderwijs is beoordeeld met een voldoende. Het laatste rapport is te vinden op de website van de onderwijsinspectie (zoek op ‘Stichting Onderwijs Koninklijke Auris Groep’). Op deze pagina zijn ook de specifieke resultaten per school te vinden.
Meer informatie over de onderzoeken van de inspectie is te vinden op de website van de onderwijsinspectie.
Leeropbrengsten
De leerresultaten van Auris Prof. van Gilseschool worden op schoolniveau verzameld. De gegevens leggen we naast de vastgestelde ambitie schoolstandaarden. Voor de groepen 1-2 gebruiken wij Mijn Kleutergroep om de ontwikkeling van de leerlingen te volgen en voor de groepen 3 t/m 8 gebruiken wij Leerling in Beeld (Cito).
Door middel van een analyse per groep kunnen wij de resultaten bespreken. De volgende verbeteracties komen verder aan de orde:
- Voor begrijpend lezen gaan we verder met de implementatie van Close Reading methodiek.
- Voor het voortgezet technisch lezen gaan we een nieuwe methode uitzoeken op grond van evidence-informed werken
- Voor het rekenonderwijs willen we de koppeling met het Programma ‘Met sprongen vooruit’ vastleggen binnen de leerroutekaarten.
- De taal en spellingmethode is verankerd binnen de leerroutekaarten.
Interne audits
Interne audits
Minimaal elke drie jaar vindt een interne audit op de school plaats. Het auditteam komt dan langs op de school en onderzoekt of de school werkt volgens de goede procedures. De laatste interne audit heeft plaatsgevonden in 2023.
Onderwijsproces
De auditcommissie oordeelt dat het onderwijsproces van voldoende kwaliteit is. Er is een evenwichtig en uitdagend aanbod dat op de drie locaties gelijk is en doelgericht wordt aangeboden. Het geïntegreerd werken draagt bij aan de groei van de leerlingen op taalgebied. De school heeft bovendien een extra aanbod voor de SH-leerlingen, ondanks dat zij maar een beperkt deel van de populatie vormen. De zorg-cyclus van instroom tot uitstroom verloopt zorgvuldig en wordt gevoed met input vanuit interne en externe kennis, zoals de KNO-arts. Ouders worden voldoende betrokken.
Veiligheid en schoolklimaat
Dit domein is eveneens voldoende op orde. De systemische zaken zoals vertrouwenspersoon en antipestbeleid, incidentenregistratie en BHV organisatie zijn voldoende geregeld. Het klimaat is prettig, veilig en geeft leerlingen voldoende oefenruimte en voorbeelden om zichzelf te ontwikkelen.
Onderwijsresultaten
De didactische resultaten zijn op orde; het lukt de school om leerlingen conform verwachting uit te laten stromen en te bestendigen.
Sturen, kwaliteitszorg en ambitie
In dit domein heeft de Professor Van Gilseschool een voldoende fundament neergezet waardoor vanuit een gezamenlijke missie/visie voortdurend gewerkt wordt aan de borging en verbetering van de kwaliteit. Het kwaliteitszorgsysteem is hierbij ondersteunend; de schoolleiding zet hoog in op het vergroten van het vakmanschap en zorgt voor een goede kwaliteitscultuur in dialoog met de stakeholders.
Auris kwaliteitskader
De school voldoet aan alle onderdelen van het Auris kwaliteitskader. De medewerkers hebben regelmatig contact met andere onderdelen van Auris, ook buiten de eigen regio, en delen onderling hun expertises en ervaringen.
De commissie beoordeelt de kwaliteit over de vier kwaliteitsgebieden voldoende. Ook de onderdelen van het Auris kwaliteitskader ziet de commissie overtuigend terug op de school.
Professionalisering
De ontwikkeling van onze medewerkers staat niet stil. Intern organiseren wij verschillende activiteiten, zodat we steeds beter kunnen samenwerken in een Professionele Leeromgeving. Het leren zichtbaar maken doen we met elkaar, zodat de opbrengsten zichtbaar worden in de dagelijkse praktijk.
Onze medewerkers nemen actief deel aan diverse externe cursussen en opleiding; o.a. de leerroute TOS. Speerpunten voor het schooljaar 2019-2020 zijn gericht op verder professionaliseren en implementeren van het Woordenschatonderwijs. Ook start er een training Leren Praten met Plezier voor medewerkers van groep 1 en 2. Met deze training doen de collega’s kennis en vaardigheden op waarmee je in de groep of een verrijkte, interactieve taalomgeving kunt creëren.
Schoolondersteuningsprofiel
Alle scholen van Auris bieden extra ondersteuning aan leerlingen. Met extra bedoelen wij dat we meer bieden dan een reguliere school. Denk bijvoorbeeld aan ondersteuning door de logopedist. Dat biedt iedere school van Auris. In de schoolgids lees je welke extra ondersteuning alle scholen van Auris bieden.
Hieronder lees je meer over onze voertaal, leerlingpopulatie, voorzieningen, medewerkers en leervoorwaarden.
Voertaal
Op Auris Prof. van Gilseschool is gesproken Nederlands de voertaal. In de lessen wordt gebruik gemaakt van Nederlands met Gebaren (NmG). Ter ondersteuning van het gesproken Nederlands wordt gebruik gemaakt van Totale Communicatie (natuurlijke gebaren, beeldmateriaal en geschreven Nederlands).
Kenmerken van de leerlingpopulatie
Bij Auris Prof. van Gilseschool kunnen leerlingen worden toegelaten die een onderwijsarrangement hebben ontvangen vanuit de CvO voor cluster 2 onderwijs. Het onderwijsaanbod is voornamelijk gericht op leerlingen met een TOS.
Een leerling komt op Auris Prof. van Gilseschool:
- Als de leerling een auditieve beperking en/of een ernstige taalontwikkelingsstoornis heeft (de ernstmaat);
- én de leerling daardoor ernstige beperkingen ondervindt in de onderwijsparticipatie die gerelateerd zijn aan zijn auditieve beperking en/of taalontwikkelingsstoornis (de onderwijsbehoefte);
- én wanneer extra ondersteuning middels een ondersteuningsarrangement cluster 2 op een reguliere school, niet toereikend is om te voldoen aan de onderwijsbehoeften van de leerling;
- de leerling toelaatbaar wordt geacht door de CvO tot een intensief onderwijsarrangement.
Voorzieningen
De locatie Haarlem is toegankelijk voor leerlingen in een rolstoel. Er is een invalidetoilet. Ook zijn er voorzieningen om audiologische onderzoeken te doen. Dit is niet het geval voor de locaties Hoofddorp en Heemskerk.
Onze school beschikt over de volgende organisatorische voorzieningen: interne psycho educatie en krachttraining en gezinsbegeleiding.
Medewerkers
Onderstaand zijn de specialisten van de school weergegeven
Fysiotherapeut
Aantal: 4 dagen
Schoolpsycholoog
Aantal: 7 dagen
Intern begeleider(s)
Aantal: 10 dagen
Logopedist
Aantal: 31 dagen
Daarnaast is er een externe fysiotherapeut, externe speltherapeut en een naschoolse behandelgroep aanwezig in het pand, waar leerling gebruik van kunnen maken na verwijzing van een (jeugd)arts.
Leervoorwaarden
Onze expertise en ons onderwijs is gericht op leerlingen met een ernstige taalontwikkelingsstoornis en leerlingen of slechthorend zijn. Het is belangrijk dat daarnaast wordt voldaan aan de volgende leervoorwaarden:
- De leerling is leerbaar en staat open voor leren;
- De leerling heeft baat bij een aanbod gericht op het uitbreiden van de communicatieve redzaamheid;
- De leerling is verbaal en fysiek niet grensoverschrijdend naar anderen;
- De leerling kan wisselingen aan van les, leraar en ruimte, of kan dit op termijn bereiken;
- De leerling kan omgaan met interactieve lessen waarin het uitlokken van communicatie centraal staat;
- De structuurbehoefte van de leerling is niet voorliggend om tot leren te komen;
- De leerling is in staat om klassikaal (in een groep van 12-18 leerlingen) onderwijs te volgen en is aanspreekbaar op zijn gedrag.
Indien de hulpvragen specifiek liggen op het gebied van structuur en voorspelbaarheid, wordt geadviseerd plaatsing binnen een cluster 3 of 4 te onderzoeken. Er zijn geen aparte klassen (bijvoorbeeld structuurgroepen, autisme-groepen, time-out roepen of observatiegroepen) aanwezig bij Auris.
Uiteraard proberen wij alle leerlingen zo goed mogelijk onderwijs te bieden.
Een leerling die onderwijs volgt op Auris Prof. van Gilseschool moet baat hebben bij het aanbod waarbinnen het uitbreiden van de communicatieve vaardigheden mogelijk is. Wanneer er sprake is van een non verbale IQ-score of verbale IQ-score lager dan 80 dient een differentiaal afweging gemaakt te worden. Dat wil zeggen dat geadviseerd wordt om af te wegen of er beter aan de onderwijsbehoeften van de leerling voldaan kan worden binnen een andere onderwijsinstelling zoals het SBO dan wel cluster 3.
De school legt, in bovengenoemde gevallen, de situatie aan de CvO voor om na te gaan of de leerling nog toelaatbaar is tot het speciaal onderwijs van Auris.